Geslaagde aftrap BENE-dictee in Opwijk

In een recente reactie gaf Frank Denys aan dat het verslag van het legendarische allereerste BeNeDictee om een onverklaarbare reden plotseling verdwenen was op deze site. Foetsie, ribbedebie. Daarom hierbij een integrale “tweede druk” van dit prachtige relaas. Een collector’s item.

(verslag wedstrijd 8 april 2017)

door Frank Denys/Foto’s: Killens

Zo’n kleine tien jaar geleden liep de organisator van het inmiddels ter ziele gegane Groot Deventer Dictee, wijlen Alex Zwalve rond met grootse plannen voor een heuse Belgisch-Nederlandse dicteecompetitie waarin de beste Vlaamse en Nederlandse spellers tegen elkaar in het harnas zouden treden. Omdat de sponsors niet makkelijk in zo’n verhaal wilden meestappen, zijn die plannen altijd dode letter gebleven, maar nu worden, weliswaar op een veel bescheidener schaal en met een ietwat andere opzet, die ideeën vooralsnog in de praktijk gebracht. Initiator-coördinator hiervan is dicteeduivel-doet-al Rein Leentfaar. Rein kreeg alsmaar minder zin in gesteggel met onkundige dicteejury’s en nam het voornemen zijn deelnames selectiever uit te kiezen. Toen botste hij op de beperking dat er in de Lage Landen bitter weinig dictees met een exclusief hoge moeilijkheidsgraad waren en zo kwam langzamerhand de huidige BENE-dicteewedstrijd, ook wel BeNeDictee genoemd, tot stand.

Onthaal

De spierwilde spellingmatadoren stromen toe.

Zo togen op zaterdag 8 april twaalf dicteecoryfeeën naar het landelijke, in Vlaams-Brabant gelegen Opwijk voor de eerste ronde van het BeNeDictee. Herman Killens heette er de spierwilde spellingmatadoren hartelijk welkom in de arena van zijn woonst.

De onverschrokkenen (8 Vlamingen-4 Nederlanders; 6 mannen-6 vrouwen!) wachtte er een kleine uitputtingsslag: ’s voormiddags en ook nog eens na de noen een dictee met 100 invulvelden, goed voor een maximum van telkens 100 punten.

Herman

We kennen onze aimabele amfitryon Herman niet alleen als dicteetijger, maar ook als een begenadigd schrijver, getuige de schitterende verslagen van zijn hand op deze site. Als dicteeauteur was hij wél aan zijn proefstuk toe en vooraf dacht hij het nogal makkelijk gemaakt te hebben. Hoe weinig realistisch die inschatting was, kon je al na een eerste in-extensolezing horen. Sommige deelnemers, bepaald niet van de minsten, bekroop de lust om meteen met stille trom huiswaarts te keren.

XA4 ofte Xavier op de ‘S11-IE’

Luisteren naar Opwijkse sciencefiction.

De tekst van zijn dictee was nochtans een pareltje: een bijzonder fantasierijk, bijwijlen hilarisch sciencefictionverhaal over een buitenaards wezen genaamd XA4, Xavier voor de vrienden. Met zijn ruimteschip landt hij naast de bib van Hof ten Hemelrijk in Opwijk. Het eerste contact met een aardbewoner, genaamd Mars, wordt in de volgende passage beschreven: “Mars, een monsieur Prudhomme van cis-Alpijnse origine is net uit zijn sjonniebak gestapt, een 2pk [..] die hij onvervaard in de melkweg naast de wei met MRIJ-runderen heeft geparkeerd. Hij verslikt zich in zijn broodje buff bij het zien van die vreemde sullenpiet die uit het toegangsluik van de superrhibachtige ufo kruipt: een fluogroen metalig michelinmannetje met vijf ogen, asymmetrische lichaamsbouw en een wiebelende antenne op zijn kop.”

Xavier spreekt ons vervolgens toe: “Als periëgetisch volk zijn we al eerder op missie geweest op deze planeet die jullie ‘aarde’ noemen maar bij ons bekendstaat als ‘S11-IE’. Zo bijvoorbeeld ten tijde van de anato- en titanosaurussen, maar die hadden toen nog geen boodschap aan onze boodschap. En ook tijdens de epoques van zowel Attila de Hun als van Djenghis Khan en zijn rijk van de Gouden Horde was het nog te vroeg voor onze blijmare. Maar als homo sapiens 3.0 hebben jullie nu na lang speurwerk eindelijk het higgsboson, de g-plek en zowaar alle Pokémon ontdekt.

Mooi, maar lastig

De camera draait.

Het mag duidelijk zijn dat dit een spitante tekst is vol humor en vermakelijke woordspelingen, heel erg leuk om te lezen, maar zaterdag waren de opgaven in de tekst vooral buitengemeen lastig om foutloos op te schrijven. De auteur had immers diep in de krochten van de onlineversies van Van Dale en het Groene Boekje zitten grasduinen om ons een variëteit van vele, nauwelijks gekende spellingsvormen op te dissen. Mij is het in mijn dicteecarrière in elk geval nog niet overkomen dat ik in een invuldictee met 100 opgaven er meer dan de helft fout schreef. Dat was overigens ook zo voor 8 van de 12 deelnemers en dat Rien Wisse met slechts 46 % hier de 5de plaats behaalde is ook veelzeggend.

Een onverwachte winnaar

Gastheer Herman leest voor uit zijn oeuvre.

En zou Rein Leentfaar ooit al eens een dictee geschreven hebben met meer dan 38 fouten? Met zijn 62%-score werd hij niettemin mooi tweede en moest hij in deze ochtendsessie alleen zijn meerdere erkennen in scrabblevirtuoos en talenkenner Jan De Ridder. Jan boekte bij zijn allereerste dicteedeelname pardoes een eclatant succes: winst met 68 %! Hij bleef er bescheiden bij en zei dat er nogal wat scrabblewoorden in de tekst voorkwamen die hij sowieso kende, maar dat is uiteraard maar het halve verhaal. De zussen Ribbens, altijd erg aan elkaar gewaagd, bezetten hier plaats 3 (Leen met 54 %) en 4 (Elsie met 52 %).

De steeds hogere lat

Rien Wisse en de tweelingzussen Leen en Elsie Ribbens.

Na kennisname van de scores vertelde Herman me dat hij vooraf zich er niet bewust van was de grenzen van de moeilijkheidsgraad weer eens een stukje te verleggen. In dit selecte gezelschap mag het natuurlijk extra moeilijk zijn, maar hoever mag je daarin gaan? Specialisten zijn meestal tuk op nieuwe, ongekende woorden, maar toch past hier een kanttekening. Persoonlijk vind ik dat je je ervoor moet hoeden dicteecracks op te zadelen met scores van rond de 20 % (80 fouten). Misschien kunnen ze dat wel relativeren, maar het kan net zo goed ontmoedigend werken. Bovendien dreigt de kloof tussen de top en de subtop hierdoor alleen maar groter te worden.

Killense humor

In Hermans tekst stonden ook nog vele woorden die niet als opgaven werden gebruikt (cosmos, cryosfeer, rrt, wim-t-schippersgehalte, higgsboson, phpd, heppiedepeppie, murgh, etc.). Woorden die we volgens hem allemaal ‘cadeau’ hadden gekregen. We ontvingen inderdaad een omstandige uitleg met bronvermelding in een apart document, maar punten waren er helaas niet mee te winnen…

Zonnige middagpauze

Gezellig middagmaal in de tuin.

Toch maar eventjes bekomen dus tijdens de middagpauze in de tuin onder een gulle lentezon: Hermans eega Mireille Camps had voor een uitstekende catering gezorgd. Geen quisse van lombards hoen – die was voor Xavier – maar wel lekkere quiches, salades en drankjes die we ons lieten smaken. Genoeglijk keuvelend in een heterogene kring van zielsverwanten werden allerlei dicteeweetjes en andere nieuwsjes uitgewisseld. We praatten ons ook moed in, want in de tweede sessie kwam auteur Jan De Ridder aan bod. Had die niet net het eerste dictee gewonnen? Met een bang hartje schoven we in de living weer bijeen om de volgende marteling te ondergaan.

Uitslag tweede deel

Auteur én winnaar Jan De Ridder.

Maar dat viel deze keer reuze mee, toch op het eerste gehoor. Achteraf liep de foutenlast wel nog op, want er zaten bedrieglijk eenvoudige opgaven in met een listig verscholen addertje. Maar Jan had in zijn opstel ons incasseringsvermogen heel wat minder op de proef gesteld dan Herman, zoals de scores aantonen. Ik werd gedeeld 5de met Leen Ribbens (69 %) en Rien Wisse behaalde de 4de plaats (73 %). Gastheer Herman Killens veroverde de derde stek (74 %), terwijl Elsie Ribbens zich revancheerde tegenover haar zus met de 2de plaats (76 %). Tot slot was het geen grote verrassing dat Rein Leentfaar hier de hoofdvogel afschoot (78 %), al was dat dan zeer nipt.

Thales

In zijn tekst voerde Jan een dicteeauteur Thales ten tonele. We volgen hem op zijn meanderende tocht van het Zuid-Oost-Vlaamse Geraardsbergen over het oceanische eiland Gran Canaria tot in Lier, dan naar Oostmalle en Hoogstraten om uiteindelijk te arriveren bij de Moffrikaanse tanks in Nederlands parel van het Zuiden. Er komt een reisbureau aan te pas die workshops organiseert over dicteewoorden in Nederlandstalige songs. Daarbij komen aan bod: de niet zo blije hare krisjna’s op de Dam, Margotje in haar petticoatje en Jan De Wildes in bloei staande Phallus impudicus.

Eline Van Langenhove in correctiemodus.

Een passage: “Er is ook tijd voor niet-talig vermaak: er wordt gerummyd en gekubd en gesoft of gebaseballd. Bij het ontbijt nuttigen ze hans-van-gelder, tijgerbolletjes en speltbrood; bij de lunch een baguette met onder meer halloumi en lollo-rossobladeren.”

Het niet altijd even gepolijste verhaal springt vaak van de hak op de tak, maar heeft een onmiskenbaar jan-de-riddergehalte: grote eruditie, enigmatische gedachteassociaties en listige opgaven. Veel woorden ook die dwingen naar de context te kijken: verbindingsstang, y-vormig, uitoren, etc. En wie zou er de Tamazighttalige pa juist geschreven hebben?

Ik volsta nog met “De top drie keert huiswaarts met welgevulde flessen champagne: een melchior, nebukadnezar en balthasar …”. De reallifewinnaars, Jan en Rein, moesten het met een veel kleiner formaat wijn doen, maar waren daar toch best tevreden mee.

Joviale sfeer

Aangename en kameraadschappelijke sfeer.

Volledigheidshalve vermeld ik nog graag de gewaardeerde aanwezigheid van de dames Annemarie Braakman-Ven en Dian van Gelder die de Nederlandse kleuren moesten helpen hooghouden, verwelkom ik Eline Vanlangenhove als neofiete in het circuit en verheug ik me over de comeback van Marlies Vervloet. En laat me vooral de nimmer versagende Jozef Lamberts niet vergeten die ons met zijn rijke ervaring als geen ander kan vertellen hoe de spelling van vele dicteewoorden tegenover pakweg 20 jaar geleden veranderd is.

De aangename en kameraadschappelijke sfeer onder de deelnemers, die enkele onvermijdelijke discussiepuntjes op een beschaafde wijze in consensus wisten te beslechten, heeft ook in niet geringe mate bijgedragen tot het welslagen van deze memorabele dag.

België-Nederland: 2-0

Napraten na de foutentsunami.

En de match België-Nederland? De gemiddelde procentscore van de Vlamingen lag in het ochtenddictee heel wat hoger dan die van de Nederlanders, in het (na)middagdictee* was het verschil slechts kantje boord in ons voordeel. 2-0 dus, maar we bezondigen ons voorlopig niet aan enig triomfalisme, want we moeten ruiterlijk toegeven dat we met twee Vlaamse auteurs enig thuisvoordeel hadden. Het is hoe dan ook nu al uitkijken naar de volgende ronde in Aalsmeer (10.06).

*Verwarrende tijdsaanduidingen die Vlamingen en Nederlanders verschillend interpreteren.

PS Een of twee dagen na het dictee voerde Van Dale aanpassingen door in de oVD. Waren die er vroeger al, dan hadden de auteurs die opgaven wellicht nooit gebruikt. Wie dit en andere kwestieuze zaken uit de 2 dictees wil becommentariëren verwijs ik naar het veel te weinig gebezigde Forum.

2 reacties

  1. Mooi verslag, Frank.
    Toen ik de woorden ‘foetsie’ en ‘ribbedebie’ las, schoot mij, tot mijn grote vreugde, een woord te binnen dat al vele jaren stof lag te vergaren in de diepste krochten van mijn geheugen. Schampavie.
    Wie kent het?
    Groetjes