Twee fouten moeilijker

Op 28 november 2018 werd het twaalfde Groot Castricums Dictee gehouden. Over voeding, het thema van Nederland Leest. Een Worteldictee. Niet dat het over wortels ging, maar de auteur was de in Dicteeland inmiddels goed bekende Eemnesser bard Gerard Wortel.

Castricum 2018

Tableau de la troupe, met geheel rechts uw verslaggever

door Pieter van Diepen  |  Foto’s: Bert Jansen

In 2017 schreef ik: “Het elfde Groot Castricums Dictee in de plaatselijke bibliotheek was weer een feest.” Dat gold voor de twaalfde editie ook. Het was weer een fraaie, echte Worteltekst. De geestelijke vader was er andermaal in geslaagd het dictee verraderlijk eenvoudig te laten lijken, maar er was genoeg moeilijks in verwerkt om geen van de drie naar Castricum afgereisde dicteetijgers – Annemarie Braakman, Bert Jansen en ik moesten DT op ons blaadje zetten, en we deden hors concours mee – met een nulfouter op huis aan te laten gaan. Divergent, godzijdank, onoorbaar, enigermate, lecithine, toe-eigenen, ambetant, om harentwil, dooreenschudden en ammoniakkaramel, daar maken wij toch geen fouten in? Wel dus.

Het lijkt soms zo makkelijk en het is soms zo verraderlijk. Altijd is er in een dictee wel een twijfelgeval met los of aan elkaar schrijven, maar hier waren het er wel zes: open()getrokken, veel()gebruikt, lastig()gevallen, het al genoemde dooreen()schudden, gewaar()worden en minder()draagkrachtigen. En Gerard had ook een mooi aantal ‘stelletjes’ in de tekst verwerkt. Karamel met een k, maar carbonaat met een c, gelogenstraft en onloochenbaar, sint-juttemis met een kleine maar Allerheiligen met een hoofdletter, en het mooist: de boute bewering en verderop in de zin maar het boudst.

Castricum 2018

Gerard Wortel met een bevallige gelegenheidsassistente

Pauzeact

Er waren eigenlijk twee pauzes. Na de eerste drie (van de zes) alinea’s werden de blaadjes opgehaald en kon de nakijkploeg vast beginnen. Dat we daarna eigenlijk meteen door moesten met de rest van de tekst, was niet bekend bij de gelegenheidsvoorlezer – auteur Wortel verving ad hoc de wethouder die het zou doen, maar die niet was komen opdagen – dus hij babbelde wat, en ook de deelnemers onderling babbelden wat. Ook over de laatste drie alinea’s die bij de eerste voorlezing-in-zijn-geheel wel al genoemd waren …

Toen het kwartje viel, ging het voortvarend verder. Voor sommige van de deelnemers té voortvarend, maar gaandeweg vond Gerard het juiste tempo. En na de laatste zin, “of we nu tot sint-juttemis quinoa eten of tot Allerheiligen eens per tweeënhalve week een dozijn vette miniloempia’s van een dubieus A-merk maakt niet uit, als de smaakpapillen het maar als delicieus gewaarworden”, kon de eigenlijke pauze beginnen. Dat is Gerard wel toevertrouwd. Prachtige gedichten, onder andere over iemand die in Toscane met zijn scrotum op de stang van zijn racefiets terecht was gekomen: “voorlopig geen Italië”, en het bekende “Lintjes”, en prachtige liedjes. Het gevoelige “Papa’s”, met de puberzoon en de mooie contaminatie “mijn kop in de wind sloeg”, “Straatterreur”, het wrange lied over senioren op e-bikes, nadat Gerard eerst gevraagd had wie er op zo’n ding reed (de latere tweedeprijswinnaar stak zijn vinger op), en – ik zou bijna zeggen: natúúrlijk – “Heimwee naar Eemnes”. Het refrein, “Koeienstrónt, kóéienstró-hont, de geur van mijn geboortegrond”, werd weer uit volle borst meegezongen.

Castricum 2018

V.l.n.r. juryvoorzitter Jeroen Kant (van de BookSpotliteratuurprijs), Jan Fokkens (2e), Floris van Driessen (1e) en Eelco Poeze (3e)

Thuisblijvers

Nee, de thuisblijvers – inclusief de wethouder – hadden ongelijk. Er waren maar tien lokale deelnemers. Waar zijn de tijden dat een grote groep 55+’ers tegen een even grote groep middelbarescholieren streed, en dat er binnen die laatste groep gezonde rivaliteit was tussen leerlingen van het Jac. P. Thijsse en het Bonhoeffer? Voorbij, o en voorgoed voorbij. De welzijnsorganisatie, die de oudjes ‘leverde’, doet na een ordinaire bezuiniging niet meer mee, en de jongelui krijgen er geen studiepunten meer voor …

Van de plaatselijke diehards eindigde Eelco Poeze op de derde plaats met 19 fouten. Hij was duidelijk blij verrast. Twee fouten minder had Jan Fokkens, de man van de e-bike. Maar de winnaar, met 16 fouten, was deze keer Floris van Driessen. Proficiat!
En de drie buitenpoorters? Annemarie had vijf fouten, Bert had er vier, ik twee – deze keer geen nulfouter! Wat een merkwaardig toeval: in het vorige Castricums dictee deden dezelfde drie DT’s mee, en we hadden nu alle drie twee fouten meer dan toen. En nog toevalliger: ook de nummers 1 en 2 van de Castricummers, Floris en Jan, hadden allebei twee fouten meer dan de winnaar en de runner-up van 2017! Het dictee was dus gewoon twee fouten moeilijker …

3 reacties

  1. Dank voor dit leuke verslag, Pieter, maar mijn naam als ‘fotograaf’ stond erboven, hoor. En ik maakte alleen maar ‘kiekjes’ …

  2. Dank, Bert. Jouw naam kwam er pas boven te staan nadat ik had gereageerd. Jeroen vond het kennelijk niet kies, of nodig, om mijn – toen niet meer zo zinnige – reactie weg te halen.