door Pieter van Diepen
Op mijn vraag of een buitenstaander uit Leiden ook mee mocht doen, kreeg ik van de organiserende Lionsclub Slot Teylingen enkele weken geleden een vriendelijk antwoord. Het was in de bestuursvergadering besproken, ik was welkom, ik zou aan een incompleet bedrijfsteam worden toegevoegd – elk team bestond uit drie tot vijf leden, van wie de beste drie scores meetelden – en het bedrijf betaalde. Het lieve sommetje van tweehonderdvijftig euro per tafel. Waarvoor ze natuurlijk op alle mogelijke manieren naamsvermelding kregen.
Dyslectisch
De ontvangst was allerhartelijkst. Verschillende Lionsbestuursleden schudden me de hand (“Pieter, toch?”), wezen me de garderobe en brachten me koffie. Medeoprichter en oud-voorzitter Jan Ernst van Zanten troonde me direct mee naar het tafeltje van het Voorhoutse bedrijf van zijn zus en zwager, Van Daalen & Partners, subsidieadvies. Ik voelde me een soort ‘geheim wapen’. Jan Ernst zelf ontpopte zich als non-playing captain, want dyslectisch. Maar zus Corina schreef mee, en René Bakker van Meer Assurantiën uit Nieuw-Vennep. Ik was er klaar voor.
Dat waren er meer: een team van Essostation Leenheer uit Sassenheim, dat ook een troef inzette, in de persoon van de Zoetermeerse collega-dicteetijger Dian van Gelder, een team van bibliotheek de Bollenstreek (hun project “Taal voor jou en je kind” was het goede doel waar de opbrengst naartoe ging), het team van de plaatselijke vishandel De Klok dat vorig jaar won en dat de wisselbeker, formaat Europacup, netjes gepoetst had meegenomen, teams van Van Velzen accountants uit Warmond, Ravensbergen Food (dat ook nog voor een goodiebag voor alle dappere deelnemers had gezorgd) en Omtzigt watersport, beide uit Sassenheim, drukkerij Aelen en Van Leeuwen uit Hillegom, PLUS-supermarkt Van Dijk Voorhout, de plaatselijke conculega-serviceclub Rotary Voorhout en last but not least gastheer café Cheers! – ja, ik doe sans gêne mee aan de reclame, want zij hebben het tenslotte allemaal opgebracht – kortom, er was animo genoeg.
Achtuurjournaal
De eerste editie, vorig jaar in hetzelfde etablissement, was geschreven door Max van der Zwaag, en ook deze keer had hij een mooie tekst gewrocht. Een tekst over taal, geënt op het begunstigdegoededoelproject. Het openingszinnetje Het zal het achtuurjournaal niet halen dat taalontwikkeling heden ten dage steevast wordt veronachtzaamd zette sommige argeloze scribenten al meteen op vier fouten. Om nog maar te zwijgen over de daaropvolgende statements Taalontwikkeling is sowieso geen niemendalletje en Welbeschouwd is taal als haarlemmerolie in onze samenleving.
Na een uitstapje naar het tenhemelschreiend taalgebruik van zijn kroost, een bijdehante twee-eiige tweeling, exponenten van de apenstaartgeneratie, die elkaar hun zielenroerselen appen in houtje-touwtje-Nederlands of steenkolenengels en zijn verzuchting dat hij geenszins een antiquarische ouder is die pleit voor een renaissance van Oudhollands of zelfs craquelé taalgebruik, breekt hij in de slotalinea een lans voor het project waar het om ging: Taalontwikkelingbevorderend is, onder andere, voorlezen, praten met je kind en het laten benoemen wat het doet als het speelt; het vraagt om aandacht van jongs af aan en sluit ten slotte af met de hartenkreet dat de deelnemers met ongebreideld enthousiasme hun tanden zetten in dit dictee en, al is het te elfder ure, hun talenknobbel een metamorfose gunnen en tegelijkertijd talrijke taalarme kinderen een taalrijke toekomst.
Consciëntieus
Een mooi stichtelijk verhaal, ruim voorzien van dictee-instinkers, ook voor de twee buitenpoorters. Taalontwikkelingbevorderend? Blokkeerfriezen met een kleine f? Houtje-touwtje-Nederlands met een hoofdletter N, maar steenkolenengels met een kleine e? Die eeuwige twijfelgevallen maken het ook voor dicteetoeristen steeds weer spannend. En muizenissen als die over de zinsnede Oudhollands of craquelé taalgebruik die je ook als samentrekking kunt beschouwen, en dan is het gewoon oud-Hollands (taalgebruik) of craquelé taalgebruik. Kortom, een taalrijke tekst. Met maar één dicteewoord dat ook in het dictee van 2018 voorkwam: consciëntieus. Want ja, wat is een dictee zonder consciëntieus?
Megabeker
En de uitslag? Het wachten duurde niet lang en de wachttijd werd veraangenaamd door gratis drankjes en bittergarnituur. Tot mijn verrassing was er, behalve de megabeker voor het winnende team, ook een prijs voor de beste individuele prestatie. Wat zeg ik: drie prijzen! Mijn winnende score van twee fouten werd beloond met een beker, een boeket en een boek. Twee fouten (blokkeer-Friezen en taalontwikkeling bevorderend), maar dat was helaas niet genoeg om Van Daalen aan de overwinning te helpen. Ook vishandel De Klok ving deze keer bot. Met gemiddeld 26 fouten ging de hoofdprijs naar schoonmaakbedrijf Van Ruiten. Van Daalen werd tweede met gemiddeld 28 fouten en is voor de editie van volgend jaar meteen in training gegaan. Met de Dikke Van Dale, ja.
Een individuele winnaar, een winnend team, maar de grootste winnaar was natuurlijk de bibliotheek, die voor het project “Taal voor jou en je kind” een cheque met de opbrengst van deze topavond in ontvangst mocht nemen: tweeduizend euro. Chapeau!
Gefeliciteerd Pieter.
Wouter van Wingerden, lid van de Commissie Spelling – van het Groene Boekje en Woordenlijst.org – die de gedetailleerde Technische Handleiding heeft herschreven, kiest voor de schrijfwijze blokkeerfries om de volgende twee redenen:
– het zijn niet per se Friezen, het zijn mensen die aan de blokkade in Friesland hebben meegewerkt;
– het woord is inmiddels eerder een geuzennaam of een scheldwoord, net hoe je het bekijkt, en geen al te letterlijke samenstelling meer.
Meer hierover bij: https://doetietsmettaal.nl/2018/12/blokkeerfries-wat-een-rotwoord/
Dank je, Johan. En wat vind jij? En van taalontwikkelingbevorderend? En van houtje-touwtje-Nederlands? En van Oudhollands en oud-Hollands?
Overigens staat ‘blokkeerfries’ gewoon in de oVD.
Met de visie van Wouter van Wingerden kan ik het wel eens zijn, Pieter, vooral als ik kijk naar de omschrijving die de online Van Dale geeft bij blokkeerfries: elk van de personen die in Friesland een wegblokkade hebben opgezet . . . VD spreekt van ‘elk van de personen’, dus dat hoeven geen Friezen te zijn. Wouter noemt daarbij ook kut-Marokkaan. Het verschil hierbij is dat deze uitdrukking, ook weer volgens VD, alleen een scheldwoord is voor een criminele jonge Marokkaan en niet gebezigd wordt voor een jonge crimineel met een andere nationaliteit.
Net als jij heb ik ook sterke twijfels over de schrijfwijze houtje-touwtje-Nederlands en heeft houtje-touwtjenederlands mijn duidelijke voorkeur, vergelijkbaar met schoolfrans, schipperslatijn en steenkolenengels. Hier is duidelijk sprake van een negatieve waardering en bovendien gaat het bij houtje-touwtjenederlands niet echt om een taal maar om een bepaalde manier van spreken. Zie ook bladzijde 107 en 108 van de Technische Handleiding.
Hierbij moest ik natuurlijk denken aan een van de opgaven uit het vorige weekdictee van Jeroen. Ik koos toen voor soapvlaams in plaats van het correcte Soapvlaams. Volgens VD is hier sprake van een tussentaal en ik dacht dat het om een negatieve omschrijving van het Vlaams ging.
In het zinsgedeelte . . . ‘ben ik geenszins een antiquarische ouder die pleit voor een renaissance van Oudhollands (6) of zelfs craquelé taalgebruik’. . . . is Oudhollands sowieso goed. Wat ik mij afvraag is of je in plaats van oud-Hollands, zoals jij voorstelt ook Oudhollands mag gebruiken als je deze zin leest als een samentrekking, dus “Oudhollands (taalgebruik) of craquelé taalgebruik”.
Uit het dictee: ‘Taalontwikkelingbevorderend is, onder andere, voorlezen, praten met je kind en het laten benoemen wat het doet als het speelt.’
Het gaat hier dus om ’taalontwikkelingbevorderend’.
Woorden wel of niet aaneenschrijven, dat is vaak een groot probleem bij de spelling.
Dit moet jou bekend voorkomen Pieter, want op deze site heb je daar in opinieartikelen meerdere malen uitvoerig op leerzame wijze aandacht aan besteed, zoals in ‘Hoe rekkelijk ben ik nu precies?’ van donderdag 4 oktober 2012.
VD kent verkoopbevorderend.
In GB groeibevorderend, vredesbevorderend, prestatiebevorderend, gezondheidsbevorderend, werkgelegenheidsbevorderend.
De grote vraag is nu of je op grond van deze zes samenstellingen met als tweede lid -bevorderend via de analogieredenering ook het ongetwijfeld minder vaak voorkomende taalontwikkelingbevorderend tot een samenstelling mag promoveren. In elk geval hebben de auteur en de jury hiervoor gekozen want het los geschreven taalontwikkeling bevorderend werd fout gerekend.
Met andere woorden, de jury beslist.
Op grond van de analogieredenering kan die beslissen dat taalontwikkelingbevorderend aaneengeschreven móét worden.
Lijnrecht daartegenover staat de jury die zegt dat taalontwikkeling bevorderend alleen aaneengeschreven mag worden als ze in die vorm in het GB of VD opgenomen is.
Anders gezegd, taalontwikkelingbevorderend als één woord komt niet voor in VD en/of GB, dus fout.
Zelf neem ik een tussenstandpunt in, althans in dit voorbeeld.
De zes hierboven genoemde samenstellingen in GB en VD met bevorderend als tweede lid pleiten voor taalontwikkelingbevorderend.
Daartegenover staat dat taalontwikkelingbevorderend niet opgenomen is in VD en GB.
Mijn conclusie: reken daarom zowel taalontwikkelingbevorderend als taalontwikkeling bevorderend goed.
Tot slot: Onze Taal geeft bij het taaladvies ‘adembenemend / adem benemend’ honderden voorbeelden van de combinatie van een zelfstandig naamwoord (soms een bijvoeglijk naamwoord of een bijwoord) en een tegenwoordig deelwoord die aaneengeschreven worden. Als geheel heeft die samenstelling de functie van een bijvoeglijk naamwoord.
Aanvulling: *bevorderend in VD geeft 71 treffers. Dan heb je toch weinig keuze meer … Zie lemma -bevorderend. Op grond hiervan moet je m.i. die andere 2239 voorbeelden met -bevorderend die je kunt bedenken, echt aan elkaar schrijven (:-))
Dit lijkt me een sterk argument om ook taalontwikkelingbevorderend aaneen te schrijven. In de verzameling zie ik al taalbevorderend.
De emotionele toon van de reacties valt mij enigszins op. Ik hou wel van die gedrevenheid. Maar het lag wellicht ver buiten de bedoelingen van de dicteeopgavenauteur om met zijn opgaventekst zulke emoties teweeg te brengen.
We zijn het er wellicht over eens dat de combinatie ‘de taalontwikkeling bevorderend’ (met lidwoord) tot een een discussiepuntje minder had geleid en dus een mooier wedstrijdverloop. Wat mij betreft loopt die constructie bovendien heel wat mooier – en als dicteeopgave wil je überhaupt in aantrekkelijk Nederlands schrijven, nietwaar?
De dicteevrienden vormen een hechte, open, gedienstige groep. De weg naar goede eindredacteurs ligt dan ook, voor elkeen die er gebruik van wenst te maken, steeds open.
Maar wat baten kaars en bril …
Afijn, nog even over de kwestie op zichzelf. Met dank voor het tellen van die 71 treffers, maar alle statistiek terzijde, meen ik toch dat een spatie beslist te verdedigen valt, ja zelfs te verkiezen. Is niet het spellingcontrast tussen “belangstelling wekkend” en “belangwekkend”, in verband met deze zaak, het analyseren waard? Dit contrast wijst toch uit, naar mijn bescheiden mening, dat de uitgang -ing in zulke samengestelde adjectieven een bijzondere rol inneemt.
Dit was ter vrije overpeinzing.
Ja, maar Edward, dan ga je toch voorbij aan het oVD-lemma -bevorderend, dunkt.me. Beslist geen lemma is -wekkend …
Gefeliciteerd, Pieter.
Houtje-touwtje-Nederlands: breek me de bek niet open over dat genre van ‘opgavenwoorden’. Bij uitstek op dát genre ‘wedstrijddictees’ staat je bij de uitgang steevast een insider van de organisatie op te wachten die je – alsof het nog niet erg genoeg is dat je de hersenspinsels van de jury weer eens niet hebt kunnen bevroeden – een ‘aanmoedigingswoordje’ toe geeft. Zoiets van: oh, maar meneer, bekijk het positief, die fout maak je nooit meer!
Ja, dááág!