Een column van Sandra Wormgoor
Ik adem Utrecht. Dit was de titel van het eerste Groot Dictee van Utrecht, het was een ware belevenis! Ik wist wel dat er dicteetijgers bestonden, maar gisteren heb ik die dan voor het eerst echt ontmoet.
Ze beten direct toe: ik was nog maar koud binnen in het Educatorium van de Utrechtse Universiteit of een 60+-tijger vroeg ons, twee dames van rond de 40, of wij even ‘grootayatollahs’ wilden spellen. Toen dacht ik wel meteen: waarom ben ik hier? Om mij al voor het echte werk aan het werk te zetten? Ik wilde me nog even ontspannen, maar stond kennelijk bij de verkeerde mensen. Heb me toch niet laten kennen en ben begonnen met spellen. Deze spelexercitie verliep uiteraard niet vlekkeloos, dus dat begon goed! De tijger die ons overhoorde, eindigde als vijfde (van de – zeg eens – tweehonderd deelnemers). Toen wist ik: ik ben nog maar een welpje!
Philip
De middag was bij voorbaat al een succes omdat niemand minder dan Philip Freriks het dictee ging voorlezen. Deze man vertelde ons dat hij de hype van dicteren op tv uit Parijs naar Hilversum had geïmporteerd. In Frankrijk had men deze hobby al jarenlang via de hoofdstedelijke televisie uitgeoefend en Philip dacht dat wij Hollanders dit ook wel een leuk tijdverdrijf zouden vinden. Nadat hij een balletje bij de NOS had opgegooid, verklaarden ze hem aanvankelijk voor gek, maar omdat het Philip was hebben ze hem het voordeel van de twijfel gegeven en kwam het eerste dictee jaren geleden, tussen Sint en Kerst, voor het eerst bij ons op de buis.
Dicteemanie
Inmiddels is er dus een ware dicteemanie ontstaan en maakte het gisteren niet uit dat een uitvaartonderneming dit culturele evenement organiseerde. Sterker nog: zij (Tap) deed het heel aardig, met lekkere hapjes, drankjes en een goedgemutste en goedgeïnformeerde jury, bestaande uit Esther Jansma (dichteres) twee neerlandici Wielenga en Van den Akker en de voormalige rector van de UU, de heer Willem Hendrik Gispen. Deze laatste had zijn bloemlezing over Utrecht ‘Ik adem Utrecht’ als inspiratie voor het dictee gebruikt. Mooi verhaal met dichterlijke zinnen als “In mijn middelbareschooltijd verbeid ik de pauze met de frêle clafoutis van feuilleteedeeg van de koek-en-zopietent aan de Twijnstraat.” Mijn score: 4 fouten. En dat terwijl je maximaal 2 fouten per woord kon scoren. Niet gek voor een welpje.
Computer
Na gisteren wist ik mijn plek weer: ik moet nog maar eens alle nieuwe spellingsregels goed bestuderen en vooral de uitleg ervan grondig doornemen. Want dan kom je toch wel een heel eind. Het Groene Boekje is ook een must voor dit soort hobby’s. Maar voor mij is het niet alleen een hobby; ik zal dictees zeker niet vermijden in mijn workshops en trainingen, al was het maar om al onze hersencellen actief in te zetten en onze mooie maar moeilijke taal zonder computer, naslagwerk of andere bronnen als een tijger uiteindelijk te beheersen. Grrr!