door Pieter van Diepen | foto’s: Bert Jansen
Alweer voor de derde keer organiseerde de vestiging Eemnes van bibliotheek Gooi en meer het Eemnesser dictee. De vaste club was present op 8 november: de tekst was van de hand van de in Dicteeland welbekende bard Gerard Wortel, neerlandica Alice van Kalsbeek fungeerde weer als ‘taaladviseur’, Henk van Hees las het “in stukken en brokken” voor, als altijd duidelijk ar-ti-cu-le-rend, en de jury werd weer gevormd door voorzitter Liesbeth Lemckert, cultuurwethouder Niels Rood en Alice van Kalsbeek, die ook een ‘Spellinglijst’ had samengesteld waarin ze uitvoerig alle voetangels en klemmen besprak. Die werd na afloop uitgedeeld. Het geheel werd deze keer gepresenteerd door Anita Weltevreden van de organiserende bibliotheek.
Genoeglijk
Het was weer een genoeglijke avond. De koffie met koek stond klaar, bij de bescheiden entreeprijs inbegrepen, en het was lekker warm. Gerard had een mooie tekst gewrocht over de technische ontwikkelingen in de robotica. Die las hij eerst zelf in zijn geheel en met verve voor. Adembenemend. Zijn eigen adem niet het minst. Het deelnemersveld was zoals gebruikelijk in twee categorieën verdeeld, maar de scheidslijn was deze keer niet Eemnessers versus niet-Eemnessers. Er was, zei de presentator, een groep ‘professionals’, mensen die stad en land afreizen om dictees te schrijven, en er waren de gewone ‘gezellige’ mensen. De toon was gezet. Een van de dicteetijgers sputterde nog dat hij ook gezellig was. Het was tekenend dat de lokalen, die deze keer uit Eemnes ‘en omgeving’ mochten komen, de A-categorie vormden, en dat de ‘professionals’ – doorgaans juist pur sang liefhebbers – een B op hun blaadje dienden te zetten. Zoals je A- en B-wegen hebt, en een A- en B-kant van een plaat. Overigens waren er twee (heel gezellige) deelnemers uit de omgeving van Eemnes, te weten Bussum en Naarden, die sportief in de B-groep meeschreven.
Moeilijk
Was het een moeilijk dictee? Het aantal fouten in groep A was gemiddeld 25, in groep B gemiddeld 9. Dus dat viel wel mee. Gerard had in zinnen als “de causale relatie tussen exuberante automatisering – in casu robotisering – en werkloosheid wordt door menig antagonist vermaledijd en als ambetant ervaren” en “de premisse dat machines en robots de wereld uiteindelijk zullen accapareren, waarbij men nalaat zich af te vragen of de robot altijd adequate beslissingen neemt of dat hij de facto fabuleert” wel veel ‘moeilijke woorden’ gestopt, maar die waren in ieder geval voor de zeven B-artiesten goed te doen. Een enkele uitzondering daargelaten – die gaat nu gezellig een andere hobby zoeken. Was het dan een ‘nulfouter’? Was het zoals Gerard in gebaar suggereerde, mij met twee vingers in zijn neus vragend aankijkend, appeltje-eitje?
Nakijken
Het nakijken ging in twee ronden. Eerst zelf, maar dan niet je eigen werk, maar dat van degene die twee plaatsen van je af zat. Daarna werd gevraagd of er iemand met 0 fouten was, met 1, met 2 etc. en de dictees met de beste scores – er was één prijs voor de beste prof en drie voor de drie beste lokalo’s – werden door de jury nog eens extra nagekeken. Dat was ook wel nodig, want ze vonden bij bijna alle laureaten nog wel een of meer fouten. In de A-groep was Marja Smeets net als vorig jaar derde met 17 fouten. Willem Verhoog was de runner-up met 14 fouten, maar de onbetwiste winnaar was Carla van de Kamp, met slechts 9 fouten. Bij de eerste editie, in 2015, was zij ook al de winnaar, toen nog met 21 fouten. Haar score deze keer was beter dan enkele van de professionals!
Apathisch
En hoe brachten de professionals het ervan af? Na de eerste ronde werd er één nulfouter gemeld, één met 1 fout en twee met 2 missers. Bij die laatste twee zat mijn werk. Geen twee vingers in mijn neus, maar twee fouten. De meticuleuze, humanoïde robot, die door sommigen als een soort baäl wordt gezien, werd door mij als een soort Baäl gezien. Met een hoofdletter. Dat was baälen. Mijn andere fout was juist een kleine letter in plaats van een hoofdletter, maar die verklap ik niet. De ander met twee fouten was Bussumer Bert Jansen. Curieus genoeg een spatie te veel en een spatie te weinig. Het dictee met slechts één fout was dat van Naarder Jeroen van Heemskerck Düker. En de nulfouter van – wie anders? – Rein Leentfaar uit Middelburg, voorheen Breskens. Maar toen kwam de jury handenwrijvend melden dat er géén deelnemer met 0 fouten was. Ze hadden bij Rein iets gevonden dat door de nakijker in de eerste termijn over het hoofd was gezien: apatisch, zonder h na de t. Moest er dan een shoot-out komen met Jeroen? Nee, ook bij hem was een fout gemist. En vreemd genoeg dezelfde: apatisch!
Het was al bij al een genoeglijk, niet te moeilijk en zeker niet apathisch avondje. Ik denk dat Anita wel tevreden kon terugkijken. Wat ik miste, was de gebruikelijke entr’acte van Gerard, met prachtige ballades over lintjes, en over koeienstront. Maar er was, meende ik te begrijpen, met opzet geen gezellig pauzeoptreden, want dan zouden die dicteetijgers volgend jaar misschien wéér komen …
Geweldige weergave van zowel dictee als sfeer. In Castricum zal ik op 22 november weer een liedje voor je zingen.
Dank en tot dan!
Mooi verwoord, Pieter!
Dat was baälen. Op-en-top een heel grappig gelegenheidswerkwoord.
Baälen zal Van Dale wel niet halen.
Mooi verslag, Pieter.
Mijn titel was oorspronkelijk “Apathisch avondje in Eemnes?”, vandaar de eerste zin van de laatste alinea. Maar die titel was toch te negatief.