Een gekende dicteetijger nam onlangs deel aan de dicteeavond in Wijchen.. Hij verbaasde zich zozeer over de afwezigheid van spelregels dat hij er een column over schreef.
door Bert Jansen
Het Maaswaal College ligt goed verborgen in de Wijchense bossen. Zelfs de navigatieapparatuur raakte van slag, maar na enig zoeken wist ik het toch te vinden. Overdag zwoegen er zo’n duizend vwo’ers en havoërs op taal en rekenen – en nog een paar vakken van minder belang –, maar woensdagavond 20 maart was de scholengemeenschap het toneel van een spelletje spelling.
Bij binnenkomst werd ik hartelijk verwelkomd door een lid van het organiserend comité. Aan een lange tafel zaten zijn collega’s achter hun laptops klaar om de vermetele deelnemers in rap tempo in te schrijven en vijftig euro lichter te maken. Een flink bedrag voor een avondje uit, maar het was voor een goed doel (Project Voorleesvisite), dus dan kijk je niet op een eurootje meer of minder. Ook aan de basisvoorziening was gedacht: aan het buffet werd gratis koffie verstrekt, al was het dan uit plastic bekertjes. De tafeltjes stonden strak in het gelid, voorzien van pen, papier en een rolletje pepermunt.
Klokke acht werd de aftrap verricht door de ceremoniemeester van dienst.
Een vlekkeloze organisatie dus, zoals je van een serviceclub als de Rotary kunt verwachten. Maar hiermee ben ik wel aan het einde van mijn laudatio. Meer pluimen zijn er helaas niet uit te delen.
De – overigens charmante – voorleesster Rianne brak meermaals haar tong over ‘moeilijke’ woorden. De jury greep slechts eenmaal in, namelijk toen Rianne ‘vermetele’ met de klemtoon op de derde e uitsprak. In het dictee zelf stonden maar liefst drie evidente fouten: flux de bouche edelen, Alice in Wonderland syndroom en lapis lazuli ogen. Nu ontsnapt aan de beste visser wel eens een aaltje, maar drie kemels in één dictee is toch wat veel van het goede. Maar goed, dat zou je nóg met de mantel der liefde kunnen bedekken als de jury ontvankelijk was geweest voor de terechte kritiek. Maar nee, de voorzitster van de jury, de directrice van de school, velde als salomonsoordeel dat alle varianten van de gewraakte woordgroepen goed gerekend werden. Sommigen vonden dat heel coulant, maar zij verloren uit het oog dat een spel niet zonder regels kan. Of het nu om tennis, pimpampet of een dictee gaat – zonder regels is er geen spel. Sport en spel bestáán bij de gratie van regels. En in Wijchen waren die er in het geheel niet. Zelfs afbreken mocht. ‘Als het maar correct gebeurt’, zo sprak de voorzitster, daarmee uit het oog verliezend dat er in verschijningsvorm geen verschil is tussen een afbreekstreepje en een koppelteken. Twijfel tussen hutjemutje aaneen of hutje-mutje met koppelteken? Gewoon zorgen dat ‘hutje’ op het eind van de regel staat.
Op het eind speldde de juryvoorzitster zich nog een brevet van onvermogen op de borst door te ventileren dat de, toch frequent voorkomende woorden mesalliance en idiosyncratisch voor haar tot dan toe onbekend waren, terwijl die voor iedere volwassene die wel eens een boek gelezen heeft toch appeltje-eitje zouden moeten zijn.
Van het bespreken van het dictee was, bij ontstentenis van expertise, natuurlijk geen sprake; de deelnemers gingen zowel financieel als intellectueel armer naar huis. In Wijchen stond slechts een zo hoog mogelijk sponsorbedrag centraal. Als Wijchen de bijdragen van de ‘dicteetijgers’ niet versmaadt, zal het moeten zorgen voor een competente dicteeopsteller en dito jury. Het zijn niet allen koks die lange messen dragen!