door de redactie
Wie wars is van drastische veranderingen, reize af naar Zutphen. In de eeuwenoude Hanzestad aan de IJssel blijft alles hetzelfde, zelfs na een disruptieve onderbreking door een pandemie. De stadsbewoners, gepokt en gemazeld door Spaanse plunderaars, handelscrises en de jaarlijkse Bokbierdag, staan gewoon weer op en gaan door waar ze gebleven waren. Dat werd overduidelijk op donderdag 21 november. Terwijl het roemruchte dictee in de stad na elf edities voorgoed gesneuveld leek, herrees het evenement daar als een feniks uit de as – geen spat veranderd, gastvrij en boeiend als altijd. Zelfs het podium werd bevolkt door dezelfde winnaars die al zo’n beetje elf jaar lang de prijzen naar huis meeslepen.
Vier jaar na de afgeblazen editie van 2020 organiseerde het enthousiaste kwartet dat al elf dictees in Zutphen had geleid, de twaalfde aflevering in de aula van het Eligant Lyceum. Ditmaal onder auspiciën van Erfgoedcentrum Zutphen in plaats van de Lionsclub. Goed nieuws voor de liefhebbers in de regio, van wie zo’n zestig zich inschreven. Ook het trouwe clubje ‘buitenpoorters’ hapte direct toe, want het Groot Dictee in de binnenstad betekent voor hen al meer dan een decennium: winkelen bij Van der Kam, eten bij Chapoo en borrelen met de hele Zutphense club in een lokale keilenwinkel naar keuze. En als pièce de résistance een leuk, leerzaam dictee met uitleg door Jaap Pott. Zo hoort de wereld te zijn.
Librije
Stadshistoricus Michel Groothedde had ongetwijfeld een vinger in de pap tijdens het opstellen van de acht alinea’s die het dictee telde. De tekst die hij samen met Pott, Jody Hagenbeek en Fiona de Heus bedacht, behandelde aspecten van de boekdrukkunst die in de oude stad tot uitzonderlijke bloei kwam. Niet voor niets is het bekendste gebouw in Zutphen nog steeds de Librije, die in 1564 opende als openbare leeszaal. Dat weet bijna niemand meer, maar deze zogeheten kettingbibliotheek is nog altijd in zijn originele vorm te bezichtigen.
Via de onvergetelijke patriottist Henricus van Bulderen en zijn tijdgenoot David de Gorter belandden de tekstschrijvers bij de moderne tijd, waarin uitgeverij Thieme en papiergroothandel BührmannUbbens de traditie van het boek allure gaven. Dat gaf hen de gelegenheid geheide spellingvalkuilen te presenteren, zoals de decennialang geüpdatete geopolitieke aardrijkskundige gesteldheid die in de studieboeken van Thieme werd behandeld. Na eerdere woorden die tot nadenken noopten – lijmziederijtjes, politiekvijandig, zonnestelsel, rood-wit-blauw, vroegachttiende-eeuwse – kon het schrijfteam met deze begrippen de bokken van de schapen scheiden: het dictee was prima te doen, maar net lastig genoeg.
Frontloupe
Dichter-redacteur Tim Pardijs ontpopte zich als een uitstekende voorlezer. Nadat de blaadjes waren opgehaald, verraste hij bovendien met een boeiende voordracht van zijn poëzie. Net als de auteurs van het dictee bewijzen mensen als Pardijs dat Zutphen bulkt van het talent.
Als vanouds lichtte oud-leraar Jaap Pott na de pauze op zijn kenmerkende wijze de moeilijkheden in de tekst toe: ‘Op interrupties ga ik niet in. Dat mag achteraf, maar ook dan heb ik gelijk.’ Zo hoort het natuurlijk. Potts natuurlijke overwicht overdonderde zelfs de notoire interpellant uit Middelburg, die zijn reeks klachten bewaarde voor een monoloog per e-mail. Desondanks zou enig gesputter wel te verwachten zijn geweest, want heeft het font textualis zutphaniensis daadwerkelijk hoofdletters? Zou iedereen de lokale verzetskrant Frontloupe uit 1944 moeten kennen (en correct kunnen spellen)? En is het echt fout als je papiermaken aaneenschrijft? Twijfelgevallen genoeg, maar als de Taaladviesdienst advies heeft uitgebracht, is het zinloos dergelijke kwesties ter plekke aan te kaarten.
Altijd weer Potjes
Even vertrouwd als het dictee voelde de bekendmaking van de winnaars aan, zij het dat een opwindende nieuwe categorie was toegevoegd: deelnemers onder achttien jaar. In die categorie bleef Orion Harmsen met 20 fout zijn concurrenten Eva Baars (36 fout) en Hilde Klok (27 fout) ruim voor. Bemoedigende scores voor de scholieren! In de hoofdcategorie, de volwassenen uit de regio, bleek sinds 2019 geen nieuw talent te zijn opgestaan. Het werd een feest van herkenning. Veteraan Jan Riefel uit Twello moest met 13 fout genoegen nemen met de derde prijs, Zutphenaar Wino Sijm leverde een goede prestatie met 10 fout. Maar zoals altijd moesten zij buigen voor superspeller Marry Potjes uit Baak, die al voor de tiende keer de eerste prijs mee naar huis mocht nemen.
Potjes maakte maar vijf fouten, precies evenveel als de winnaar in de piepkleine categorie buitenlui. Jeroen van Heemskerck Düker uit Naarden had iets te gezellig gedineerd in de Turfstraat en vergat daardoor dat je niet en moet schrijven als je een bedoelt en dat verscheidenen wordt geschreven met twee keer en op het eind. Desondanks bleef hij Rein Leentfaar uit Middelburg (6 fout) en Bussumer Bert Jansen (7 fout) nipt voor. Hij ging naar huis met een fraaie prijs, een overnachting in hotel ’s-Gravenhof. Gemiddeld maakten de deelnemers in de 273 dicteewoorden per persoon 26 fouten.
Topevenement
De lokale dartclub liet zich niet van de wijs brengen door het gezelschap dicteeschrijvers en organisatoren dat na afloop neerstreek in café De Spaan, om daar luidruchtig te debatteren over taal, geschiedenis, orthografie en persoonlijke aangelegenheden. Het ploegje was het hartgrondig eens over twee bevindingen. Allereerst is het best goed gesteld met de spellingvaardigheid van de jeugd in de Hanzestad. Ten tweede heeft het Zutphens Dictee zich wederom bewezen: het blijft een van de topevenementen op de jaarkalender dat eigenlijk nog veel meer liefhebbers zou moeten trekken.
Voor de buitenpoorters restte laat in de avond nog een helse rit huiswaarts, want Aeolus had een ziedende westenwind losgelaten die regen en natte sneeuw over het asfalt joeg. Maar niets zou de ware taalfanaat moeten weerhouden volgend jaar op donderdag 20 november af te reizen naar de Hanzestad aan de IJssel voor de dertiende editie van het dictee, dat natuurlijk niet veel zal verschillen van de vorige twaalf.
Mooi verslag, Jeroen.
De Taaladviesdienst laat overigens weten, ik citeer:
“De organisatie heeft verder niet op onze correcties en suggesties gereageerd; ze hebben blijkbaar hun eigen plan getrokken. Het zij zo.”
Daarmee staat de (dus wel) aantastbare uitleg op losse schroeven.
Maar alla, De uitslag slaat.
Daar geldt toch voor: de jury heeft altijd gelijk.
En daar doen we het dan maar mee.
Maar ‘Middelburg’ blijft alert!
Als aanvulling nog twee kwesties en détail, als aanvulling op wat Jeroen al schreef.
1. De Taaladviesdienst heeft geadviseerd om ‘papier maken’ en ‘papiermaken’ allebei goed te rekeken. Overigens zal het online-GB bij de volgende herziening het lemma ‘papiermaken’ gaan bevatten (na mijn suggestie daartoe),
2. De Taaladviesdienst heeft geadviseerd om ‘poliekvijandig’ los te schrijven. In dat geval zou ik de klemtoon op ‘politiek’ leggen. Overigens had ik het los, maar achteraf ben ik het daar niet mee eens en vind ik dat het aaneen moet. In VD flink wat treffers met *vijandig en als lemma zelfs vrouwvijandig, maar de klemtoon moet dan wel op ‘vijandig’.