Het zeventiende Cobbenhagendictee in Tilburg was letterlijk een kunststukje. Marjolein van der Plas en Edward Vanhove (links op de foto) legden beslag op de ereplaatsen in hun categorie.
“Deze tekst is voor jullie nauwelijks te schrijven en voor mij nauwelijks voor te lezen”, begon de voorlezer van het Groot Zeeuws-Vlaams Dictee. Alleen Robert Joosen kon de tekst nog enigszins volgen.