Miniuitje met maxifoutjes

‘Hoe kunnen we dit miniuitje na bijna twintig edities nog interessant houden?’, vroeg topauteur Marc de Smit zich af in de inleiding van de tekst van het Groot Zeeuws-Vlaams Dictee. Mogelijk antwoord: door een slachtpartij aan te richten in de specialistencategorie …

door Herman Killens

Herman Killens

Voor

Drie dictees in Nederland in drie dagen tijd, daarvoor heb je een fiets, een verrekijker en – oei bijna vergeten – een balpen nodig. Biking en birding met echtgenote Mireille in de omgeving van Terneuzen (waar het Zeeuws-Vlaams Dictee plaatsvindt) en Harderwijk (twee huiskamerdictees bij René Dijkgraaf), of: zo kom je nog eens ergens.

Evenement

Voor ons is het deze keer dus geen miniuitje, dat Groot Zeeuws-Vlaams Dictee, officieel nummer 19 in de rij. Sst, niet voortvertellen, maar eigenlijk is het nog maar de zeventiende editie. Door corona en ziekte van de auteur werden in de recente jaren jammer genoeg twee afleveringen geschrapt.

Deelnemers

Een dertigtal moedige schrijvers, waaronder acht gekke henkies, ook heel soms als dicteespecialisten gecatalogeerd. Maar die confrérie had nog groter kunnen zijn, want een vermaledijde gideonsbende met vier straffe bollebozen uit het dicteecircuit houdt zich zo onopvallend mogelijk schuil in de liefhebberscategorie. Eens te meer jammer voor de lokale deelnemers!

Organisatie

We genieten van een warme en supervriendelijke ontvangst in het nagelnieuwe en bijzonder aangename stadsbibliotheekgebouw De Kampanje, voor de tweede keer het strijdtoneel van de aanwezige dicteeërtjes.

Auteur

Wat een opluchting dat taalsmid en dubbelgelauwerde tv-dicteekampioen Marc de Smit naar goede gewoonte opnieuw voor de dicteetekst heeft gezorgd én vooral – hoera – dat hij voldoende up and running is om fysiek aanwezig te kunnen zijn.

Voorlezer

Nettie de Jonge doet het weer prima. Heerlijk helder, met veel humor gebracht, staande ovatie! Enkel de tongbrekers halmaër en galluppoll lukken niet helemaal perfect.

Tekst

‘De platte aarde’. Met die titel kan je al meteen vermoeden dat het grotendeels om een hilarisch spotschrift over complotdenkers gaat, die idioten die geloven dat we geregeerd worden door wezens uit het ptolemeïsche gesternte die zich voordoen als kameleontische in madetoestand verkerende paddenstoeleneters. Dat van die platte aarde zou natuurlijk wel kunnen kloppen, want anders zou je down-under ondersteboven lopen met phpd- of het rustelozebenensyndroom tot gevolg, niet? Verder leeft Michael Jackson nog, ondanks zijn overdosis phenibut. Wacko Jacko runt nu anoniem een Zwevegemse cynodroom annex Chinees drive-inrestaurant. O ja, The Rolling Stones daarentegen zijn wel dood, maar dat weten ze nog niet …

Marc de Smit

Marc-de-smitjes

Behalve de gebruikelijke reeks moeilijke woorden (zoals fencyclidine, ehrlichiose en hexspeler bij de specialisten en crystal meth, Apennijnse Schiereiland en foeyonghai bij de liefhebbers) zitten er ook deze keer weer heerlijke marc-de-smitse instinkers in de tekst verstopt. Hierna enkele voorbeelden. ‘Een heli of quadcopter’ (heli is zonder koppelteken omdat helikopter enkel met k wordt geschreven; heli is de verkorte vorm van helikopter). Een pineau (des Charentes) is geen pinot (gris). Maak maar wat van het voorgelezen ‘esjoevie lessie’ (een SUV-lessee …). De ‘bass’ van drum-‘n-basslijn wordt (correct) als ‘bees’ uitgesproken zodat velen drum-‘n-baselijn schrijven. De mooiste: ‘Wat een gigantische buldoggen’ lijkt evident, maar dat kan niet want het enige correcte meervoud is buldogs. Het is dus bijgevolg: ‘Wat een gigantische boel doggen’ …

Uitslag liefhebbers

Zoals gevreesd allemaal specialisten op het podium: 1. Ward Milissen 7 fouten (op 42 invulwoorden) – 2. Trui Gonnissen 9 fouten (Trui heeft naar eigen zeggen nog nooit een dictee gewonnen en ze veroverde intussen allicht meer tweede plaatsen dan Raymond Poulidor en Joop Zoetemelk samen) – 3. Frans Van Besien 9 fout. De vierde dicteecrack, Kevin Willems, strandt op 11 fouten. Wie de beste lokale deelnemer is (voor mij de échte winnaar) blijft onbekend.

terneuzen 2024
De winnaars van 2024, Ward Milissen en Edward Vanhove

Uitslag specialisten

Als schiftingsvraag moest iedereen zijn foutenscore inschatten. Een topper (niet de winnaar) dacht aan ‘ongeveer vijf fouten’, maar had wat marge genomen en het cijfer 8 ingevuld. Hoogmoed komt voor de val, vooral in Terneuzen!

De foutenlast van een winnaar was inderdaad nog nooit zo hoog: Edward Vanhove haalt het nipt met 16 fouten (op 41 invulwoorden). De rest volgt op een zakdoek: 2. Rein Leentfaar 17 f – 3. Herman Killens 18 f – 4. Christiane Adams 19 f – 5. Frank Denys 21 f – 6. Eftimios Tsokos 22 f – 7. Bert Jansen 24 f – 8. Anneriek van Heugten 28 f (zij won eerder enkele keren bij de liefhebbers en schreef zich net als vorig jaar wél in bij de specialisten).

Conclusie

Toporganisatie, topauteur, topavond. We gaan blij en rechtzo die gaat (zonder boogjes) naar Harderwijk. Met de suggestie om volgend jaar de liefhebberscategorie te beperken tot de echte liefhebbers: locals die maximaal één dicteetje per jaar bezoeken.

Na

Geen maskertoerako’s, gabellaklauwieren of halmahera-ijsvogels kunnen spotten. Maar ja, die komen niet voor in Nederland, enkel in het Groene Boekje …

5 reacties

  1. Knap verslag, Herman! Ooit noemde iemand Terneuzen het Wimbledon der dictees. Hopelijk kan Marc er nog jaren mee doorgaan.

  2. Wat een mooi en evenwichtig verslagje! Ik denk dat jouw bedenking inzake de nood aan wat meer aandacht, in de prijsuitreikingen, voor de lokale deelnemers, wel terecht is.

    Daartegenover staat het gegeven dat er een massale wens is om dat prachtige, sowieso unieke kunstwerk van de kunstenares Ilse Brosens te winnen, en dat kan nu eenmaal niet als je als liefhebber ‘doorstroomt’. Stel dat liefhebber annex halve specialist A in 2025 wint, hij/zij stroomt door. Liefhebber annex halve specialist B wint in 2026 en hij/zij stroomt door. Enzovoorts. Maar in 2027 wint er een local, je wint dat dictee toch ook niet zomaar (d.i. enig inzicht in de zaken, in de eigenlijke opgave is vereist, enig wedstrijdgevoel is vereist). Heeft hij/zij vrije keuze: doorstromen uit sportiviteit, of blijven hangen uit de wens om de wisseltrofee annex kunstwerk te winnen? Voor Anneriek is dat belang relatief gesproken minder groot, omdat zij zich bij mijn weten – dankzij drie overwinningen – al de trotse bezitser kan noemen van een vroegere wisseltrofee, een in zwart-wit uitgevoerde Brosens.

    Wat de ideale oplossing hiervoor is, weet ik niet – de lijn is soms misschien gewoonweg heel moeilijk te trekken, wat bijvoorbeeld te doen met personen uit de onmiddellijke omgeving van de dicteelocatie, personen die lang geleden misschien wel vier à vijf dicteetjes per jaar maakten, die er destijds ook voor studeerden, maar die dit helemaal niet meer doen, maar toch nog teren op die oude kennis ervaring? – maar ik heb zeker genoten van de toespelingen die je naar dit thema soms onomwonden maakt in je verslagje, en overigens van de rest van het verhaal.

  3. Heel mooi verslag, Herman. Dank hiervoor.

    Maar… Ik? Een specialist? Dat brengt me oprecht in de war. Een compliment, maar ook weer niet helemaal de waarheid… In elk geval beloof ik je op mijn communiezieltje dat ik nog nooit een dictee heb gewonnen.

    De kloof tussen liefhebbers en specialisten is m.i. trouwens heel diep en breed.
    Anneriek vertelde me donderdag dat ze drie keer heeft gewonnen bij de liefhebbers en dus volgens de spelregels sowieso mee moet doen bij de specialisten.

    En dan nu een belofte: als ik een keer heb gewonnen bij de liefhebbers in Terneuzen (één keer; dat mag toch wel? Het is maar een spelletje, maar ik zou het leuk vinden om ‘mijn thuiswedstrijd’ een keer te winnen), zal ik meedoen met de specialisten. Over twee jaar dus. Neem hier maar akte van! 😉

  4. In haar reactie op jouw prachtverslag, Herman, legt Trui terecht de vinger op de zere plek: er gaapt inderdaad een diepe kloof tussen de liefhebbers- en specialistencategorie.
    Helaas zijn er in onze gelederen die louter en alleen voor het podium de liefhebberscategorie kiezen, die ze allang ontgroeid zijn, dan dat zij voor de uitdaging gaan. Wie die schoen past, trekke hem aan.
    Trui past deze mijns inziens niet; zij heeft – zoals ze hierboven al opmerkte – nog nooit het erepodium betreden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *