Gemengd nieuws uit de wereld van taal en spelling. Deze keer onder meer over bollebozen, Dries van Agt en een Vlaamse moord in Den Haag.
Van Agt bij Groot Dictee
Oud-premier A.A.M. (Dries) van Agt (83) is dit jaar de juryvoorzitter van Het Groot Dictee der Nederlandse Taal. De voormalig CDA-politicus, bekend om zijn ronkende, zorgvuldig geformuleerde volzinnen, neemt deze taak eenmalig op zich ter gelegenheid van het 25-jarig jubileum van het Groot Dictee. Van Agt, afkomstig uit de KVP, was tussen 1977 en 1982 minister-president van drie kabinetten. Daarvoor was hij minister van Justitie onder Biesheuvel en Den Uyl. Tijdens zijn loopbaan manifesteerde hij zich als behoudzuchtige moralist. Tot de meer luchtige kanten van zijn optreden in het openbaar behoorden zijn archaïsch taalgebruik – dat hij in de latere jaren cultiveerde – en fratsen op de racefiets, zoals het een goed katholiek betaamt. Na zijn politieke carrière liet hij zich vooral gelden als pleitbezorger van de Palestijnse zaak en conservatief katholiek.
De bollebozen van Van Dale
Het kan niemand ontgaan zijn: de Dikke viert dit jaar zijn 150-jarig bestaan. De redactie van Van Dale grijpt dit feest aan voor een tsunami aan e-mails, wedstrijdjes, quizzen en evenementen. Een minnaar van vliesvleugeligen zou hiertegen bezwaar aantekenen. De eerste druk van het woordenboek verscheen immers in 1864 onder redactie van Isaac en Nathan Calisch, twee lexicografisch geschoolde broers uit Amsterdam. Pas voor de tweede – zeer vermeerderde – druk werd Johan Hendrik van Dale, onderwijzer te Sluis, ingeschakeld. De man heeft zijn eigen roem niet mogen meemaken; hij werd slechts 44 jaar.
Volgend jaar, nét een jaartje te laat, verschijnt de vijftiende herziene druk. Misschien wel de laatste op papier. Steeds minder mensen wagen zich aan de aanschaf van de drie forse folianten; men verkiest de digitale versie of een online abonnement. Om de stapel papier desondanks aan de man te brengen, bedacht de redactie onder meer een verkiezing van het mooiste woord. Mensen konden hun stem uitbrengen op 150 woorden die voor het eerst werden gebruikt tussen 1864 en 2014. In totaal namen ruim 12.500 mensen de moeite hun stem uit te brengen.
Winnaar werd het fraaie bolleboos, toegevoegd in 1866. Het woord is via het Jiddisch vanuit het Hebreeuws in onze taal terechtgekomen. Oorspronkelijk betekent het ‘heer des huizes’. “De kiezers zijn gegaan voor de schoonheid van de taal”, zegt Ton den Boon, een van de twee hoofdredacteuren van Van Dale. Het woord regelneef (een vondst van Kees van Kooten uit 1977) eindigde op de tweede plek. Bekokstoven (1900) belandde op plek drie.
Blogje
Een nieuw luchtig blog lijkt over spelling te gaan, maar gaat over taal en literatuur. Onder de naam Spelling & zo begon de twintigjarige studente Vera Thiessen in mei van dit jaar haar internetrubriek. Inmiddels lijkt de vaart er al een beetje uit. Maar wie weet…
Moorddictee
De Vlaamse auteur Marc de Bel (60) situeert zijn eerste thriller in de coulissen van het Eerste Kamergebouw tijdens het Groot Dictee der Nederlandse Taal. Tot nu toe beperkte hij zich tot boeken voor de jeugd, maar nu zijn lezers zelf wat ouder zijn geworden, bedient hij ze op verzoek met de misdaadroman De moord op miss België. Noch de locatie, noch het slachtoffer van de moord zijn helemaal toevallig gekozen. De Bel was vorig jaar zelf, als Bekende Vlaming, deelnemer aan het tv-dictee. En in het andere vak schreef Hajer Godefroot mee, de beeldschone finaliste van de nationale missverkiezing. De roman is vanaf half oktober te koop in de boekhandel.
Spelfouten? D8 t nie
In hun chat- en sms-berichtjes maken tieners minder spelfouten dan vaak wordt gedacht. Dat is de uitkomst van onderzoek door Benny De Decker, die voor zijn doctoraatsthesis 28 duizend van die berichtjes bekeek. De teksten waren afkomstig van Vlaamse jongeren tussen 13 en 20 jaar.
Stereotiepe spellingwijzen als suc6 en nix bleken nauwelijks voor te komen. Wel week ongeveer een kwart van de tieners doelbewust af van de standaardspelling, om de spreektaal – ook dialect – in geschreven vorm over te kunnen zetten. “De aantrekkingskracht bestaat er vooral in dat jongeren naar hartenlust van de schools aandoende taalnormen kunnen afwijken, kunnen experimenteren met creatief en innovatief taalgebruik en zo het geschreven Nederlands sterk kunnen personaliseren. Chatten heeft dus absoluut een schrijftaalrevolutie teweeggebracht”, stelt De Decker vast.