3 reacties

  1. Volgens mij moet naar verluid met een ‘d’ geschreven worden. Verluid lijkt mij een voltooid deelwoord en dan klopt ‘dt’ niet, maar moet het een ‘d’ zijn.

    • Dat is een beruchte vergissing. Maar u had het natuurlijk gewoon kunnen opzoeken in de Van Dale, onder het lemma verluiden. De Taalunie zegt er op de site Taaladvies.net het volgende over:

      “Verluidt is een persoonsvorm van de derde persoon enkelvoud. De oorspronkelijke uitdrukking luidde naar het verluidt. Het onderwerp het is niet uitgedrukt. De constructie is te vergelijken met naar nu blijkt.

      De betekenis van naar verluidt wordt meestal omschreven als ‘zoals gezegd wordt’. Wellicht wordt de constructie door die passieve betekenis ook vaak geïnterpreteerd als verkorting van naar verluid wordt, waarbij verluid een deelwoord is en dus geen -t krijgt. De schrijfwijze naar verluid is echter niet correct.”

  2. “Naar luid van …” is wel met een d, Ceekaa. Om het nog ingewikkelder te maken. Daar is ‘luid’ een zelfstandig naamwoord, met betekenis ‘inhoud’.