In een recente Beter Spellentest stond een opgave over een voetballer die een Hitlergroet bracht. Een andere meerkeuzemogelijkheid was hitlergroet. Je moest de schrijfwijze met een hoofdletter aanvinken. Dicteetijger Pieter van Diepen zit in het ‘voorproefpanel’, dat de opgaven een dag eerder krijgt. Hij vond dit ervan.
door Pieter van Diepen
Een voetballer die een Hitlergroet bracht? Ik ben eigenwijs, ik mailde de webmaster dat Hitlergroet wel zo in de boeken staat, maar dat ik dat een kapitale fout vond. Een kapitalenfout. Hitlergroet staat inderdaad zo, met een hoofdletter H, in het Groene Boekje, maar zonder betekenis. Dat laat ruimte om in een bepaalde context óók hitlergroet goed te keuren: Hitlergroet als de groet van Hitler zelf, en hitlergroet als de groet van die voetballer uit de opgave, een groet à la Hitler. Analoog aan het bekende voorbeeld uit de leidraad in het Groene Boekje: Beatlesplaat, een plaat van de Beatles, en beatlehaar, een kapsel à la de Beatles. Het lastige is, dat in Van Dale bij Hitlergroet, ook met een hoofdletter, als betekenis staat “groet met opgeheven rechterarm, zoals gebruikelijk bij nationaalsocialisten”. Ik vind dat fout. Ik vind dat het hitlergroet zou moeten zijn, met een kleine h, net als hitlersnor, wat wel met onderkast in Van Dale staat. Een groet en een snor à la Hitler. En alleen de groet en de snor van Hitler zelf met kapitaal.
Shakespeare
Iets soortgelijks vind ik van Shakespearedrama – mijn eigenwijsheid gaat nog verder. Shakespearedrama wordt altijd met een hoofdletter geschreven, ook in dictees waar uit de context blijkt dat het niet om een drama van Shakespeare, maar om een drama à la Shakespeare gaat (Alphen aan den Rijn, 2013: “ons onderwijs, dat de laatste decennia veranderd lijkt in een Shakespearedrama”), domweg omdat het in het Groene Boekje met een hoofdletter staat. In de woordenlijst, en ook in de leidraad, bij regel 16.D, die luidt: “Een samenstelling met een persoonsnaam behoudt de hoofdletter.” Maar de regel vervolgt met “Alleen als de genoemde persoon niet betrokken is bij het nieuwe begrip schrijven we het woord met een kleine letter.” De voorbeelden die worden genoemd zijn een Shakespearedrama, een Dylanplaat en een Picassofan. Een fan van Picasso, een plaat van Dylan, en (zeg ik) ook een drama van Shakespeare. En niet, zoals in Alphen, een drama à la Shakespeare. Dat is (vind ik) een shakespearedrama, met een kleine s. Van Dale helpt niet echt. Daarin geen shakespearedrama, noch Shakespearedrama. Wel shakespearesonnet. Met kleine letter. En met als betekenis “sonnet bestaande uit drie kwatrijnen en twee slotregels met gepaard rijm”. In tegenstelling tot het klassieke sonnet, dat uit twee kwatrijnen en twee terzinen bestaat. Vind ik bij shakespearesonnet die kleine letter s terecht? Jazeker, als het tenminste om een sonnet van die vorm gaat, dus met een distichon aan het eind, dat niet door Shakespeare himself is geschreven. Want dat is een Shakespearesonnet.
Nog zo’n soort kwestie komt voor op een andere website, in het SpellingSpel. Bij het woordpaar Christusfiguur/christusfiguur moet je voor het eerste kiezen. Omdat het met een hoofdletter in het Groene Boekje staat. Maar ook hier zeg ik (mijn eigenwijsheid … enz.): in het Groene Boekje staat “Christusfiguur, de”. Daar ben ik het mee eens: dé Christusfiguur gaat over Hem zelf, dus met hoofdletter. Maar een Christusfiguur, iemand die eruitziet of voor mijn part doet als Christus, die zou ik een christusfiguur noemen, met een kleine c. Een Hitlergroet van een Christusfiguur in een Shakespearedrama? Ik mailde dit naar Beter Spellen. De opgave met de Hitlergroet is toen gewijzigd in een zin over de jaren zestig, waarin ze veel Dylanplaten draaiden …
Discussie
Over deze gevallen is discussie ontstaan. Daarbij bleek dat je met het onderscheid tussen van en à la niet goed uit de voeten kunt. Iemand meende dat met Hitlergroet een groet aan Hitler werd bedoeld. Een ander ontweek de hamvraag: een Hitlergroet is de groet die door Hitler zelf werd gebracht of geïntroduceerd, en de groet à la Hitler is een nationaalsocialistische of hitleriaanse groet. Idem voor een Shakespearedrama: met een hoofdletter is het van Shakespeare zelf, en een drama à la Shakespeare is een shakespeareaans drama. Bij de toevoeging “of geïntroduceerd” heb ik zo mijn twijfels. Om de vergelijking met de Beatles door te trekken: zij hebben die speciale haardracht, beatlehaar (met onderkast), geïntroduceerd. Als iemand anders dan Hitler zelf zijn arm schuin omhoog steekt, kun je dat een nationaalsocialistische groet noemen, of een hitleriaanse groet, maar volgens mij wordt dat toch meestal een hitlergroet genoemd. En dan met kleine letter. En je kunt een drama à la Shakespeare inderdaad een shakespeareaans drama noemen, maar áls je iets wat duidelijk niet over een drama van Shakespeare zelf gaat toch een Shakespearedrama noemt, zoals in Alphen, zou ik dat, ondanks de hoofdletter in de leidraad van het Groene Boekje, toch met een kleine letter schrijven. Juist vanwege de tekst van regel 16.D.
Een derde die zich in de discussie mengde (en die mij Pieter van Uitdiepen noemde), zat wat Shakespeare betreft op mijn lijn: sommige ruzies in zijn werkkring hadden wel iets weg van een shakespearedrama, maar niet van een Shakespearedrama als Hamlet. Met H/hitlergroet vond hij het wat minder duidelijk gesteld: hij bracht sporadisch weleens voor de grap een hitlergroet, maar niet zo’n echte Hitlergroet als neonazi’s. Hoewel de neonazihitlergroet misschien weer niet zo echt is als de Hitlergroet van Seyss-Inquart. Enzovoort. Hij merkte nog op dat in Van Dale Christus– noch christusfiguur voorkomt, maar wel Jezusfiguur als ‘afbeelding van Jezus’ versus jezusfiguur als ‘iemand die een jezusachtige uitstraling heeft’. Zijn conclusie was dat dit soort dingen niet goed beregeld zijn, en dat we het daar als dicteeschrijvers voorlopig maar mee moeten doen. In dictees kunnen we, was zijn oordeel, niet veel anders doen dan Christusfiguur en Shakespearedrama altijd met een hoofdletter schrijven. Maar ik ben …
Nog meer?
Zijn er nog meer van die kwesties? Ja, legio. In het Groot Dictee van 2009, van Gerrit Komrij, kwam de volgende zinsnede voor: “keurig netjes getrouwd, met een baan onder de balkenendenorm maar wel dicht daarbij”. Kees van Kooten zou het hebben laten onderstrepen, want je kunt toch niet getrouwd zijn met een baan, maar daar gaat het hier niet om. Velen vonden in die tijd, in 2009, dat de Balkenendenorm, die in 2006 door Balkenende was geïntroduceerd, (nog) niet tot een soortbegrip geworden. De genoemde persoon was nog wel degelijk betrokken bij het nieuwe begrip. Maar de uitleg op de website van het Groot Dictee luidt: “balkenendenorm moet hier zonder een hoofdletter, want het is niet een norm die op de heer Balkenende van toepassing is, maar een soort norm, genoemd naar degene die hem heeft ingesteld.” Op de website van Onze Taal staat in een taaladvies over balkenendenorm: “kleine letter; het is geen norm voor Balkenende zelf, maar de norm is naar hem genoemd (vergelijk beatrixkapsel voor een bepaalde haarstijl)”.
Genoemd naar, geïntroduceerd door, het komt naar mijn idee heel dicht in de buurt van à la (tegenover van).
Tot slot voor de liefhebbers (en de specialisten) nog meer voorbeelden, ook uit een Taaladviesdienstadvies: antonpieckarchitectuur, arafatsjaal, buddyhollybril, chanelpakje, chaplinsnor, dalisnor, donaldduckstem, downsyndroom, elvisbakkebaard, florencenightingalesyndroom, fosburyflop, harrypotterbril, holmespet, houdiniact, jackrussellterriër, jamesdeaneffect, jip-en-janneketaal, julianalinde, kneippkuur, korsakovsyndroom, krugerrand, leonardo-onderwijs, lorentzkracht, lucullusmaal, mensendieckgymnastiek, moermantherapie, molotovcocktail, monalisaglimlach, mondriaankleur, montessorionderwijs, mozarteffect, münchhausen-by-proxysyndroom, mussolinisyndroom, napoleoncomplex, nipkowschijf, oedipuscomplex, ot-en-sienkleding, pavlovreactie, petrischaal, piggelmeesyndroom, pimpotentie, pinocchioneus, przewalskipaard, pyrrusoverwinning, queteletindex, raiffeisenbank, robinhoodprincipe, röntgenstraling, rorschachtest, ruisdaellucht, salkvaccin, schillerhemd, silvesteravond, soxhletapparaat, stendhalsyndroom, stirlingmotor, stroganoffsaus, taylorstelsel, teddybeer, trumandoctrine, vanderwaalskracht, verdonkhuwelijk, vogelaarwijk, wagnertuba, yaleslot.
Heel goed stuk over een kwestie die vermoedelijk nooit waterdicht beregeld zal zijn. Dat hitlergroet – je ziet, ik ga mee in je eigenwijsheid – met een beginkapitaal gespeld moet worden, is volgens mij niet te verdedigen. Anders ligt het bij het Shakespearedrama. Daarbij gaat het immers altijd om een toneelstuk van de bard zelf. Er bestaat wel zoiets als shakespeareaans toneel, maar dan heb je het niet over Shakespearedrama’s.
Mooi rijtje in de laatste alinea, waarin ik alleen nog heintjedavidseffect mis.
Een prachtig verslag, Pieter !
Laten wij ook even stilstaan bij Kerstman ( eigen naam ).
Hij of zij die voor Kerstman speelt is de/een kerstman, kerstmannen.
Doet dan Kerstman, de Kerstman, de kerstman of een kerstman zijn jaarlijkse
intrede ? En een eigennaam suggereert toch dat de “echte” echt
bestaat of heeft bestaan. De Kerstmantraditie toch maar met een
hoofdletter ?
( Het GB vermeldde in vorige edities bij Kerstman: de enige echte ! )
In de Technische Handleiding Spelling, pag. 115, par. 10.3.5 wordt Hitlergroet ondergebracht onder de categorie van samenstellingen waarbij de verwijzing naar een uniek persoon pregnant aanwezig is. Bij de voorbeelden staat ook het Shakespearesonnet, maar de Taalunie heeft al laten weten dit voorbeeld in een volgende editie te zullen schrappen, omdat hier twee schrijfwijzen (met en zonder hoofdletter) mogelijk zijn.
Of ze dat ook met Hitlergroet zullen doen, durf ik te betwijfelen. Je kunt die samenstelling niet vergelijken met hitlersnor(retje), een begrip dat helemaal losgezongen is van de figuur. Een onderscheid tussen de groet van Hitler zelf en de door velen gebrachte groet vind ik overigens onzin. In oorsprong was het een groet ter ere van. Dat het verband met de historische figuur jaren later afgezwakt is, zal ongetwijfeld wel zo zijn, maar daarom kun je het gebaar nog niet banaliseren met “in de trant van” of “à la”.
Wat Shakespearedrama betreft ben ik het eens met de zienswijze van Jeroen.
Inderdaad een interessant rijtje voorbeelden in de laatste alinea, waarin alleen het accent op de i in dalisnor ontbreekt.